Welke tijd hoort bij de klok?
Analoog
1.
Het is kwart voor
_____
.
2.
Het is kwart voor
_____
.
3.
Het is half
_____
.
4.
Het is half
_____
.
5.
Het is kwart over
_____
.
6.
Het is kwart voor
_____
.
7.
Het is kwart over
_____
.
8.
Het is half
_____
.
9.
Het is kwart over
_____
.
10.
Het is half
_____
.
11.
Het is half
_____
.
12.
Het is half
_____
.
Welke tijd hoort bij de klok?
| ANTWOORDEN
Analoog
1.
Het is kwart voor
11
.
2.
Het is kwart voor
3
.
3.
Het is half
5
.
4.
Het is half
6
.
5.
Het is kwart over
3
.
6.
Het is kwart voor
6
.
7.
Het is kwart over
10
.
8.
Het is half
10
.
9.
Het is kwart over
10
.
10.
Het is half
11
.
11.
Het is half
11
.
12.
Het is half
9
.